Aan de hand van verschillende begrippen is de theorie achter de leerlijnen en bewegingsuitdagingen toegelicht. Door uit te gaan van de bewegingsuitdaging ontstaat methodisch en didactisch een scala aan mogelijkheden om activiteiten steeds opnieuw af te stemmen op het deelnameniveau van de leerlingen.
Twee vakexperts komen in deze laatste paragraaf aan het woord. Zij werken, vanuit hun eigen expertise en op hun eigen manier een leerlijn verdiepend uitwerken uit en geven daarmee een inkijkje in de wijze waarop zij de praktijk vorm en inhoud geven. De twee leerlijnen die worden uitgelicht zijn ‘doelspelen’ en ‘bewegen en muziek’.
DOOR ESTHER VAN RIJN HANDELS
Bewegen en muziek gaat over het realiseren van een optimale en unieke combinatie tussen het bewegen, de ordening van tijd en de ruimte binnen de persoonlijke mogelijkheden. Het samenspel van het bewegen, de tijd en de ruimte resulteert in de bewegingsmotieven die de leerlingen dansen.
Door deelname aan lessen bewegen en muziek krijgen kinderen de mogelijkheid tot muzikale, motorische en sociale ontwikkeling. Daarnaast geeft het kinderen de mogelijkheid tot deelnemen aan de bewegingscultuur van dans.
Helaas zien we dat de leerlijn bewegen en muziek nog niet de favoriete leerlijn van leerlingen en leerkrachten is en veel leerlingen weinig tot niet in aanraking komen met deze leerlijn. Omdat deze leerlijn zo ontzettend veel mogelijkheden biedt en daarnaast de bewegingscultuur van dans steeds nieuwe uitingsvormen laat zien is het best een klus voor de leerkracht om up-to-date te blijven. Het vraagt veel voorbereiding. Toch brengen de vele dansprogramma’s op TV, de dansgames, de dansidolen en de vele danstutorials op YouTube dans dichter bij de leerlingen. Bewegen en muziek is daarom ook heel geschikt om leerlingen mee te laten denken in de bewegingsmotieven.
De leerlijn bewegen en muziek wordt beschreven zodat iedere leerkracht die aan de slag wil met deze mooie en interessante leerlijn een vorm vindt die bij hem en bij de betreffende doelgroep past.
In dit hoofdstuk wordt uitgegaan van vijf bewegingsthema’s met bijbehorende accenten. De indeling in bewegingsthema’s met bijbehorende accenten geeft de leerkracht een overzicht uit welke bewegingsthema’s hij kan kiezen om de leerlijn in te richten. De leerkracht kan dan een of meerdere bewegingsthema’s kiezen die bij hem passen en waarbij hij zich comfortabel voelt.
Daarbij zijn de accenten een hulpmiddel om methodisch te werk te gaan en om de aandacht van een specifiek leeraspect voor zichzelf en voor de leerlingen te benadrukken. De bewegingsthema’s zijn:
Om inzicht in de verschillende bewegingsthema’s te krijgen is bij ieder bewegingsthema aangegeven waar het om gaat, wat de bewegingsuitdaging is, worden accenten benoemd en praktijkvoorbeelden gegeven om de accenten te verduidelijken.
De accenten die worden gelegd zijn:
A. Bewegen naar aanleiding van de tekst, de sfeer en het thema van het lied
B. Bewegen naar aanleiding van de muziekanalyse
C. Bewegen in het juiste tempo en in de maat
D. Samen bewegen in ruimtelijke structuren
E. Zelfstandig een bijdrage leveren aan het ontwerp
F. Zelfstandig of samen een passend dansniveau kiezen
G. Dansend de competitie aangaan met medeleerlingen
Zelfstandig een bijdrage leveren aan het ontwerp
OVERZICHT BEWEGINGSTHEMA’S EN ACCENTEN
In de praktijk worden de onderscheiden accenten uitgewerkt en afgestemd op het specifieke bewegingsthema.