· 

Wat zijn de pijlers van zelfsturend leren?

over Zelfsturing binnen bewegingssituaties

Hoe kun je door aan te sluiten bij hun specifieke kwaliteiten en talenten de leerlingen helpen hun eigen motorische leerproces te optimaliseren? Het gaat steeds om de als-dan-vraag, zowel voor de vakspecialist als voor de leerling. We gaan op zoek naar strategieën om meer zelfsturing aan te reiken. Hoe kun je als beweegspecialist binnen bewegingssituaties zelfsturend leren aanbieden?

 

Welke strategieën hebben de leerlingen nodig om hun eigen bewegingsontwikkeling zelfstandig vorm en inhoud te geven?

 

Deze vragen zullen we breder trekken, omdat we ervan overtuigd zijn dat de waarde van zelf­sturend leren aanzienlijk is. Het draagt niet alleen effectief bij aan de leerprestatie van leerlingen, maar verhoogt ook hun motivatie (Donker, 2014; Dignath, 2012, 2008).

 

Zelfsturing is lastig zelfstandig te ontwikkelen, want het gaat om het spanningsveld tussen struc­tuur en autonomie. Te weinig structuur in het leren veroorzaakt gebrek aan samenhang, richting en duidelijkheid, en alleen autonomie zonder een richting of doel leidt nooit tot het gewenste resultaat. Het gaat om de juiste ondersteunende structuur om zelfsturing te leren. Kunnen we in bewegingssituaties samenhangende strategieën aanreiken? Strategieën waarbij de richting en het doel duidelijk worden én waarbij de leerlingen voldoende ruimte ervaren om het leerproces op hun eigen manier vorm en inhoud te geven? Op zoek dus naar als-dan-strategieën.

Wat is zelfsturend leren?

In algemene termen kun je zelfsturend leren opvatten als een samenspel tussen cognitieve, me­tacognitieve en motiverende processen die een leerling gebruikt om zijn leerdoelen te bereiken.

 

De parallel met executieve functies ligt hier voor de hand. De executieve functies werken als me­diator voor het schoolse leren op een vergelijkbare manier als zelfsturend leren kan zorgen voor een verbetering van de leerprestaties.

 

Voordat we een voorbeeld van een bruikbare, direct toepasbare strategie – de motorische leercir­kel – praktisch uitwerken, staan we stil bij enkele theoretische uitgangspunten. Bij alle onderwijs­ontwikkelingen is de leerkracht namelijk de bepalende succesfactor.

Pijlers van zelfsturend leren

De pijlers laten zich omschrijven als de drie I’s: instructie, integratie en individu.

 

  • Expliciete instructie. Leg uit hoe een specifieke strategie werkt en hoe je op basis van deze werkwijze(n) je eigen leren kunt verbeteren.
  • Integratie met lesstof. Wil de aangeboden strategie effectief zijn en ook daadwerkelijk gebruikt worden, laat die dan door de leerlingen ervaren met praktijkvoorbeelden. Laat de leerlingen aan de hand van concrete arrangementen en activiteiten zien en voelen hoe een strategie werkt.
  • Aansluiten bij het individu. Eigenlijk spreekt dit voor zich: hoe de leerling omgaat met en invulling geeft aan een specifieke strategie bepaalt of die succesvol zal worden ingezet.

  

Dit houdt in dat een strategie voldoende handvatten en structuur moet bieden om als procedure te worden gebruikt. Tegelijkertijd mag die strategie niet worden ervaren als een keurslijf waarbin­nen je je manier van doen niet kwijt kunt.

 

Bij enige urgentie, bijvoorbeeld wanneer de leerlingen zelf graag een bepaalde vaardigheid of ac­tiviteit willen leren, zullen ze gevoeliger zijn voor het uitproberen van een aangereikte specifieke strategie. Dit sluit aan bij de ideeën van Dochy (2016) waar hij het heeft over ‘high impact learning that lasts’. We lichten er twee uit.

  

  • Een gevoel van urgentie, een ervaren ‘hiaat’ of probleem:

 

Leren moet volgens Dochy vertrekken vanuit een duidelijke ervaring dat een probleem opgelost moet worden. Hij vindt dat deze prikkels betekenis geven aan leren én dat ze de betrokkenheid en intrinsieke motivatie bevorderen.

 

  • Zelfsturing en controle door de lerende:

 

Blik expliciet terug op handelingen en denk na over wat je anders kunt doen. Het gaat daarbij niet alleen om het reflecteren na afloop van een actie, maar ook om ‘reflactie’ (reflecteren in actie). Dit vraagt om een kunnen en willen, én om een flexibele houding waarin de leerling de omgeving kan beïnvloeden om anders te acteren. Het vereist het nemen van zelfverantwoordelijkheid voor het eigen leren.

 

Dit is niet iets wat eenvoudig kan worden aangeleerd. Het is meer te vergelijken met een groei-mindset, waarbij actief gezocht wordt naar mogelijkheden om te leren van de situaties die zich voordoen en waarbij executieve functies een rol spelen.

Reactie schrijven

Commentaren: 0